Station Ede-Wageningen transformeert tot modern OV-knooppunt

Het station Ede-Wageningen ondergaat een grootschalige metamorfose. ProRail heeft aannemerscombinatie EdesPoort gecontracteerd voor de vernieuwing van het station en het stationsgebied tot een modern OV-knooppunt. Een omvangrijk en vooral complex project waarin vele disciplines samenkomen. Begin augustus werd een mooie civiele mijlpaal bereikt na het succesvol inschuiven van de oostelijke reizigerstunnel, met een gewicht van 8.000 ton absoluut de buitencategorie.

Aannemerscombinatie EdesPoort bestaat uit VolkerWessels Infrastructuur (Van Hattum en Blankevoort en VolkerRail) en Van Wijnen vestiging Arnhem. Penvoerder Van Hattum en Blankevoort is verantwoordelijk voor de civiele scope, VolkerRail voert de werkzaamheden aan de spoorinfrastructuur uit en Van Wijnen richt zich op de bouw van het nieuwe stationsgebouw. In het voorjaar van 2021 is de combinatie gestart met de uitvoering. “Vanuit de uitvraag hebben we een aantal doelstellingen benoemd als basis voor het EMVI-document. Daarin is een aantal aspecten leidend, waaronder een maximale esthetische kwaliteit, het maximaliseren van het reizigersproces en een optimale omgevingstevredenheid”, legt Vervooren uit. “Uiteindelijk vertalen we dat naar een specifieke werkwijze waarbij we invulling geven aan de prestaties die worden gevraagd vanuit het contract.”

Met het succesvol inschuiven van de reizigerstunnel is de eerste civiele mijlpaal inmiddels een feit. “Daar zijn we best wel trots op”, zegt Vervooren. En dat mag ook wel gezien de complexiteit en vele uitdagingen. De tunnel is 65 meter lang, 49 meter breed, 7,5 meter hoog en legt ruim 8.000 ton op de schaal. “Met een breed georiënteerd en uiterst professioneel team hebben we een complex ontwerp uiteindelijk vertaald in een maakbaar concept. Om de hinder naar de omgeving te minimaliseren is de Oosttunnel gebouwd op een voorbouwlocatie naast het baanlichaam van de spoordijk. Behalve de tunnelkoker werden ook de stijgpunten voor de roltrappen en voorzieningen voor de liften als ‘bakken’ alvast meegenomen. Het optillen van dit hele gevaarte en onder twee sporen inschuiven bracht dus de nodige constructieve beschouwingen met zich mee. Nog los van het in korte tijd ontwerpen en in beperkte tijd realiseren.”

Al in de tender was er een beschikbaarheid gegeven voor een treinvrije periode van 17 dagen, waarin de aanpassingen aan de spoorse infra en het inschuiven van de tunnel kon plaatsvinden, inclusief het plaatsen van de fundatie van de kapconstructie. “We wisten van tevoren dat het een uitdagend tijdspad zou zijn, maar die uitdaging zijn we aangegaan”, stelt Vervooren. “Uiteindelijk is in de aanloop naar de uitvoering de treinvrije periode verlengd naar 24 dagen. We hebben op een veilige manier tijdig een goed product gemaakt dat begin augustus in een weekend is ingeschoven, zonder restpunten. Een pluim voor alle betrokkenen die overigens met een brede lach het inschuiven op de voet hebben gevolgd.” Het 75 meter verplaatsen van de reizigerstunnel vormde de eerste, maar zeker niet de laatste civiele mijlpaal. “Er staat nog een tunnel op de planning, de Westtunnel. Hieraan geven we eveneens invulling vanuit de EMVI-gedachte met zo min mogelijk hinder voor reiziger en de omgeving. De Westtunnel bouwen we straks op het nabijgelegen Frisopak, een relatief luwtegebied, en gaan we in segmenten in een treinvrije periode in 2024 inrijden in het spoor.”

Daarnaast bouwt combinatie EdesPoort nog aan een langzaamverkeersbrug over het spoor. “We hebben hierbij gekozen voor een samengestelde constructie bestaande uit stalen liggers met een composiet omkleding. Het is één van de eerste keren dat deze vorm wordt toegepast bij een spoorkruising”, zegt Vervooren. “Ook ontwerpen en monteren we nog 600 meter aan geluidsschermen en verbreden we de bestaande Alberttunnel om ruimte te geven aan het nieuwe perron. Tot slot richten we nog een viertal pleinen opnieuw in. Uiteindelijk maken we begin 2024, als ook het nieuwe stationsgebouw gereed is, in één keer de ‘omklap’ waarbij de reiziger in de ochtend vertrekt vanuit het oude station en in de avond uitstapt in het nieuwe stationsgebouw.”