Platform over civiele techniek, ondergrondse infra, energie, bouwmaterieel & bouwmachines
“We werken samen om het duurzame station het visitekaartje van het spoor én haar omgeving te maken”

“We werken samen om het duurzame station het visitekaartje van het spoor én haar omgeving te maken”

Treinstations roepen van oudsher een speciaal gevoel op. Het zijn plaatsen waar mensen samenkomen, om even later ieder hun eigen weg te vervolgen. Het reizen per trein was in vroeger tijden iets bijzonders, omdat de massa zich voor het eerst op een betaalbare manier over grotere afstanden kon verplaatsen. Medewerker zijn bij het spoor was een voornaam beroep en naast een veilige plaats om op de trein te stappen, was een station ook een plek waar de reiziger getrakteerd werd op gastvrijheid en service.

554A3499.CR2

Station Barneveld Noord, opgetrokken uit zeecontainers. Hoe circulair wil je het hebben?

 

En weet u wat het mooie is? Dat is eigenlijk nooit veranderd. “We werken samen om het station het visitekaartje van het spoor én haar omgeving te maken”, zegt Astrid Bunt, Directeur Stations bij ProRail. Wat wel degelijk veranderd is, is de insteek bij het ontwerpen, bouwen en beheren van stations. Daarbij is het thema duurzaamheid en circulariteit de nieuwe maatstaf. In alle levensfasen van het station wordt maximaal ingezet op deze thema’s. Bij het ontwerpen van stations hebben we richtlijnen op het gebied van duurzaamheid ontwikkeld en bij elk bestaand station passen we de zogenaamde stationsscan duurzaamheid toe. Deze hebben we onderdeel gemaakt van de toepassing van de aanpak duurzaam GWW. Zo zijn we continu op zoek naar mogelijkheden om de stations te verduurzamen”

Stations spelen vandaag een centrale rol in het leven van de mens

“Het station van nu is een multimodaal knooppunt, zeker in vergelijking met vroeger”, legt Astrid uit. “De basisfunctie van een station was vroeger toch vooral het op en van de trein stappen. Stations lagen toen meestal decentraal, aan de rand van een stad of dorp. Vandaag vormen stations bruisende centra van verbinding. Ze liggen centraler mede doordat de stad of het dorp dichter op het station is gegroeid, en verzorgen de connecties binnen het bredere ov-spectrum. Trein, bus, tram, metro, taxi en deelfietsen worden de reiziger aangeboden om een zo soepel mogelijke verplaatsing te faciliteren.”

Met de toevoeging van horeca, werkplekken, ontmoetingsplaatsen en zelfs woonfaciliteiten speelt het station vandaag de dag een centrale rol in het leven van de mens. “De trend van nu is dat een station staat voor ontwikkeling die zich niet beperkt tot de kadastrale grenzen van het station zelf”, vervolgt Astrid. “De omgeving ontwikkelt mee met het station, vooral op de grote knooppunten. Een uitstralende ontwikkeling die de grens tussen stationsgebied en omliggende omgeving langzaam doet vervagen. Het is een mooie, zachte integratie en daarom is het station echt een visitekaartje van haar omgeving en het spoor.”

Wavelweek nieuwe perrontegel Amersfoort

Nieuwe duurzame, lichtere perrontegel op proefperron Railcenter, Amersfoort.

 

“Verbindt, verbetert en verduurzaamt”

Volgens Astrid telt Nederland circa 401 stations. Geen exact aantal? “Nee, omdat er ook tijdelijke stations zijn bij evenementen en omdat er nieuwe haltes bijkomen.  In essentie is een station nog steeds een plek om in te stappen en uit te stappen, of het nu gaat om een groot centraal station, of dat ‘plankje in het weiland’. We tellen in Nederland ongeveer 50 grote en middelgrote stations, de rest valt binnen de categorie ‘klein’. Het is onze verantwoordelijkheid om samen met NS Stations de stations comfortabel, toegankelijk en veilig te maken en te houden. Dat kunnen we doen door renovatie, door aanpassing of door vergroting. Dat laatste kan bijvoorbeeld een wens van een gemeente zijn, wanneer men een voorplein of een fietsenstalling wil toevoegen.”

‘Verbindt, verbetert en verduurzaamt’ is het motto voor alles wat ProRail doet. “Kijken we naar verduurzamen binnen ProRail, dan zien we dat die factor rust op vier pijlers. De eerste pijler is energie. We spreken dan zowel over besparen als over opwekken. Besparingen worden gerealiseerd door bijvoorbeeld over te stappen naar ledverlichting, met een dynamische dimfunctie. Niemand op het station? Dan zo min mogelijk licht aan. Dat scheelt niet alleen in het energieverbruik, ook de flora en fauna is erbij gediend dat het ‘s nachts donker is. Zo gaven we afgelopen jaar Mantgum, een prachtig dorp in Friesland, haar sterren terug, door dynamisch dimbare verlichting toe te passen op de perrons die midden in het weiland liggen.”

Er wordt zelf energie opgewekt door toepassing van zonnepanelen op perrondaken. Een aantal stations is al aangepakt op die manier. “We werken nu toe naar een tweede groep stations. Dat doen we voor alle ProRail assets”, licht Astrid toe. “Tegelijkertijd gaan we ook aan de slag met gasloze stations. Als tweede pijler noem ik de toepassing van duurzame materialen. We zetten in op circulair inzetbare, liefst gerecycleerde materialen, waar we kunnen. Zo hebben we recent nog de perronplaten van station Maarn hergebruikt op het Hof van Cartesius te Utrecht, een stadpark in ontwikkeling, en hebben we de afgeschreven perrontegels van station Anna Paulowna laten verwerken tot nieuwe perrontegels voor Station Bunde. Tot slot hebben we in 2018 samen met de markt innovatieve perrontegels ontwikkeld met aanzienlijk minder betongebruik, door aan de onderzijde een wafelprofiel te gebruiken. We proberen dus zoveel mogelijk te doen met zo min mogelijk materiaal.”

De derde pijler is natuur. “Daarbij houden we bij stationsontwikkelingen in het ontwerp rekening met vergroening, biodiversiteit en klimaatadaptief bouwen. Mooie voorbeelden zien we terug in recent opgeleverde projecten zoals het zogenaamde landschapsstation  Driebergen-Zeist. De vierde pijler is het vergroten van de mobiliteit via het openbaar vervoer. De grootste bijdrage die we kunnen leveren aan deze planeet is door zoveel mogelijk reizigers uit de auto en in de trein te krijgen. Eigenlijk heeft deze vierde pijler dus de grootste impact. We willen ervoor zorgen dat knooppunten nu comfortabel zijn en tegelijkertijd klaar zijn voor de toekomst. Daar sturen we samen met NS Stations op; de reizigersbeleving moet gemiddeld op een 7 zitten wil de reiziger een station als comfortabel ervaren. Met voldoende capaciteit op het spoor én in de stations.  En daar is een lange termijn visie voor nodig die je samen met alle stakeholders omarmt. Momenteel werken we onder aansturing van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat met gemeentes, provincies, NS Stations, vervoerders en reizigersorganisaties aan het Toekomstbeeld OV 2040. Daarin kijken we vooruit en bepalen we welke knooppunten we in de toekomst willen aanpakken. En verder moeten we vooral slim en innovatief te werk gaan.

astrid-kopieren

Astrid Bunt, Directeur Stations bij ProRail.

 

Sector overschrijdende innovaties

Om klaar te zijn voor de toekomst is volgens Astrid een sector overschrijdende kennisdeling nodig. “Om circulair en innovatief te kunnen zijn moet je samenwerken met open vizier, waarbij je oude grenzen wegneemt. Een mooi voorbeeld is de ‘What if we design a circular railway station’ challenge die we samen met NS Stations en Spoorbouwmeester houden. Het What if Lab Circulaire Stations heeft betrekking op innovatie van een klein station ontworpen op basis van de circulaire principes. Wat betekent dit voor het ontwerp? Welke innovaties zijn mogelijk? Denk bijvoorbeeld aan circulaire perrontegels, een overkapping met biobased materialen of misschien een lease-station, dat na afloop van het gebruik weer op een andere plek neergezet kan worden. De vraag leverde ons ruim 40 inschrijvingen op. We kregen andere mensen en partijen in het vizier dan gebruikelijk. Ze inspireerden niet alleen onze mensen maar ook elkaar! Uiteindelijk zijn er 10 ideeën geselecteerd om verder uit te werken. Van deze 10 mogen uiteindelijk 3 inschrijvingen zichzelf presenteren op de Dutch Design Week. ”

Stations zijn van ons allemaal

Astrid geeft de mensen in haar team ruimte om zelfstandig en met eigen verantwoordelijkheid te werken. “Voor innovatie is het noodzakelijk dat je ruimte laat en initiatieven waar energie op zit in het licht zet. Maar ik blijf wel continu in gesprek met mensen, om de aandacht voor duurzaamheid en nieuwe samenwerkingsvormen te stimuleren.  En natuurlijk mislukt er wel eens iets, maar niet proberen betekent stilstand en dus achteruitgang.” Tot besluit zegt zij: “Stations zijn van ons allemaal en gezamenlijk kunnen we op het gebied van duurzaamheid een substantiële bijdrage leveren. Niet alleen in het station zelf maar ook in haar omgeving.”    

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.