Platform over civiele techniek, ondergrondse infra, energie, bouwmaterieel & bouwmachines
Nieuwe Sluis Terneuzen: hoe 11,5 miljoen kuub grond een nieuwe bestemming vindt
Baggeren van de landtong aan de zuidzijde.

Nieuwe Sluis Terneuzen: hoe 11,5 miljoen kuub grond een nieuwe bestemming vindt

Vrijdag 11 oktober 2024 wordt de Nieuwe Sluis Terneuzen geopend. Een sluis van 427 meter lang, 55 meter breed en 16,44 meter diep. Hiermee biedt de sluis toegang tot het kanaal van Gent naar Terneuzen aan schepen die ook de nieuwe sluizen in het Panamakanaal kunnen passeren. Voor deze nieuwe toegang is de afgelopen zes jaar dan ook heel wat graafwerk verricht, in totaal zo’n 11,5 miljoen kuub. Over al dit grondverzet plus de oever- en bodembescherming gaan we het in dit artikel hebben.

Voordat er letterlijk en figuurlijk één schop de grond in ging bij de Nieuwe Sluis Terneuzen is er veel onderzoek gedaan. Want om grond te kunnen verzetten, moet er eerst heel veel duidelijk worden: om wat voor grond gaat het, welke grondlagen zijn er, is het wel of niet verontreinigd, zitten er (archeologische) objecten in de grond? “We hebben veel onderzoek uitgevoerd voorafgaand aan de gunning”, legt Joris de Maat, adviseur Bodem en Vergunningen bij opdrachtgever Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie (VNSC) uit. “Zo hebben we milieutechnisch onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de grond, geotechnisch onderzoek om te bepalen welke grondlagen in dit gebied zitten (denk aan zand, klei en veen) en archeologisch en paleontologisch onderzoek. Wat dit laatste betreft, er zijn onder meer slagtanden en kiezen van de wolharige mammoet gevonden. Uit onderzoek bij de Universiteit Groningen is inmiddels vastgesteld dat deze restanten 40.000 tot 50.000 jaar oud zijn. Aan de hand van het geotechnisch onderzoek is een geologisch model gemaakt waarin alle grondlagen te zien zijn. Dit was bijvoorbeeld heel relevant voor het plaatsen van de wanden van de sluis en het leegpompen van de bouwkuipen voor het binnen- en buitenhoofd. Om deze leeg te kunnen pompen moet je precies weten hoe de grond is opgebouwd. Op basis van het model heeft aannemerscombinatie Sassevaart een bemalingsadvies opgesteld.” Dit voorbereidende onderzoek, dat werd uitgevoerd in de periode tussen de gunning en de daadwerkelijke bouw van de sluis, was niet alleen gericht op de bodemkwaliteit maar ook of er nog eventuele oude funderingen of andere resten in de grond zaten. “En die zaten er inderdaad”, vertelt Joris. “Zo kwamen we onder meer een oude inundatiesluis tegen, restanten van een oude brug die in de Tweede Wereldoorlog is opgeblazen door terugtrekkende Franse soldaten en delen van een uitwateringssluis uit begin 1900. Dit hebben we allemaal kunnen verwijderen.” 

Een kraanschip legt de matten drijvend in het water waarbij middels gps de juiste positie wordt bepaald.

PFAS-crisis

Tijdens het project, in 2019, werd ook PFAS geconstateerd. Dit betekende veel extra onderzoek. Alle alarmbellen gingen rinkelen, want in juni 2019 besloot de Nederlandse overheid tot het invoeren van het Tijdelijk Handelingskader PFAS. Hierdoor kwam een groot aantal projecten stil te liggen. De aanpassing van dit tijdelijk handelingskader gaf meer mogelijkheden voor grondverzet. “In een polder bij Terneuzen konden wij gelukkig een deel van de vrijgekomen en in eerste instantie PFAS-verdachte grond tijdelijk opslaan. 

Hierdoor hebben we weten te voorkomen dat de werkzaamheden aan de Nieuwe Sluis Terneuzen stil kwamen te liggen wat vanzelfsprekend behoorlijke financiële consequenties zou hebben gehad. Na de bijstelling van de norm konden wij de PFAS-houdende baggerspecie alsnog in het depot van Rijkswaterstaat in het Hollandsch Diep opslaan.” 

Grondstromenplan

De grond die vrijkomt bij al het baggerwerk moet ook ergens naar toe. Om te bepalen waar welke grond naar toe kan, is er een grondstromenplan opgesteld. “De kwaliteit van de grond bepaalt waar het naar toe gaat. In het grondstromenplan hebben we alles opgenomen: type grond, de kwaliteit van de grond, de benodigde vergunningen, over welke timing praten we en welke volumes zijn aan de orde”, legt Jori van der Hout, adviseur bij Sassevaart, uit. “Het hele projectgebied van de Nieuwe Sluis is in kaart gebracht en op basis van milieu-hygiënische kwaliteit verdeeld in vier stromen: industrie, wonen, landbouw/natuur en niet-toepasbaar.  In totaal is er 11,5 miljoen kuub grond verzet. Hiervan zit 5,2 miljoen kuub onder certificaat BRL 9335-2. Dit is een certificaat voor schone grond. Twee keer per jaar worden we hiervoor geaudit door Kiwa. Grond in de klasse wonen en industrie is afgevoerd naar Golfbaan Oostburg, de schone grond landbouw/natuur naar Biervliet en de niet-toepasbare grond is afgevoerd naar erkende verwerkers zoals ATM Moerdijk en Grondreinigingscombinatie Nauerna.” De overige grond, een kleine 6 miljoen kuub en voornamelijk grond uit het baggeren die vrijkwam bij de werkzaamheden in de haven, valt onder de BRL 9335-2 en is nuttig toegepast in de Westerschelde als vooroeversuppletie en bij Knokke en een aantal projecten in Zeeuws-Vlaanderen. In een dergelijk groot project als dat van de Nieuwe Sluis Terneuzen is het niet altijd mogelijk om voor vrijgekomen grond direct een eindbestemming te vinden. Het zand dat niet direct hergebruikt kon worden binnen het project, werd tijdelijk opgeslagen op het terrein in een polder bij Terneuzen.  

Afgraven van de landtongen met de sleephopperzuiger.

Keuringen

Normaliter wordt grond per 6.000 kuub gekeurd. In geval van de Nieuwe Sluis Terneuzen is het volume dusdanig, ruim 5 miljoen kuub dat afgevoerd moet worden, dat het ondoenlijk is om elke 6.000 kuub te keuren. “We zijn daarom begonnen met vijf keuringen in het kader van het toelatingsonderzoek Grond uit projecten (BRL-9335). Op basis van deze vijf hebben we gekeken naar eventuele verschillen/afwijkingen. Op basis hiervan is bepaald  hoeveel extra keuringen nog nodig waren  op de 5 miljoen kuub. Uiteindelijk hebben we, in lijn met de BRL, zo’n twintig keuringen in totaal uitgevoerd.”

Bodembescherming hard nodig

Terwijl er veel grondverzet plaatsvond, werd er ook hard gewerkt om de bodem en oevers van het gebied te beschermen tegen eventuele erosie. Want met de komst van de Nieuwe Sluis kunnen grotere zeeschepen door de sluis varen.  De sluis is geschikt voor schepen tot 366 meter lang, 49 meter breed en 14,5 meter diep. Grotere schepen betekent ook meer golfslag en stroming door schroefstralen (veroorzaakt door de (boeg)schroef van een schip) wat een grote belasting kan geven op de oever en de bodem. Tel daarbij op het getij en de spuistroom door de sluis, dan kun je je voorstellen dat de bodem en de oevers veel te verduren krijgen. Om erosie en daarmee schade te voorkomen, is er bodem- en oeverbescherming aangebracht. 

Belasting bepaalt type bescherming

“Om te bepalen welk type bescherming waar komt, wordt gekeken naar de maatgevende  belasting”, legt Vyasa Sewberath-Misser, Adviseur Waterbouw bij VNSC, uit. “Omdat de buiten- en binnenhaven van de Nieuwe Sluis Terneuzen best een groot oppervlak hebben en de belastingen niet overal hetzelfde zijn, is het werkgebied opgedeeld in vakken. Op basis van de maatgevende belasting maakt Sassevaart het ontwerp voor de bodembescherming. Opdrachtgever VNSC heeft de randvoorwaarden meegegeven waar het ontwerp aan moet voldoen. Zo dient de bodembescherming bijvoorbeeld onderhoudsarm te zijn en zijn er eisen gesteld aan de maximale schade die mag optreden als gevolg van de maatgevende belastingen (Schadeparameters Granulaire Bodembescherming).”

Hier wordt de bodembescherming aangebracht op het binnenhoofd van de haven.

Werkplan en controle op locatie

Nadat bepaald is welke type bodembescherming nodig is, stelt Sassevaart een werkplan op. Hierin staat beschreven hoe zij de bodembescherming aan gaan brengen. “Ook tijdens het werk houden wij een oogje in het zeil of alles conform plan gaat”, vertelt Vyasa. “Ik kijk dan samen met mijn collega’s naar de stortstenen: voldoen deze aan de eisen op het gebied van massaverdeling en lengte-breedteverhouding. Soms laten wij ook steenkeuringen door een externe partij doen. De stenen komen grotendeels uit Belgische steengroeves. Voor, tijdens en na het aanbrengen van de verschillende lagen van bodembescherming voert Sassevaart peilingen uit. Na afronding van het aanbrengen van de bodembescherming krijgen wij deze peilingen en worden middels ArcGIS verschilkaarten gemaakt om de laagdiktes van de verschillende lagen in de bodembescherming te controleren. Ik check ook of de bovenkant van de bodembescherming onder of op de contractueel afgesproken diepte ligt.” 

Rasters van wilgenteen

Evelyn de Clerq is onderdeel van het team Grond en Bagger van Sassevaart en in deze rol verantwoordelijk voor alle bodem- en oeverbescherming. Het maken van de zinkstukken op de zate is grotendeels handwerk en vraagt veel tijd. “Qua bescherming werken we met zinkstukken met geotextiel. De doeken worden op maat aangeleverd. Het geotextiel wordt op de zate vastgeknoopt aan een geraamte van wilgenhout. Je kunt het zien als een soort raster van geotextiel met wilgentenen. De zinkstukken variëren in grootte, de grootste zijn ongeveer 60 bij 20 meter. Deze zinkstukken worden naast elkaar geplaatst met ongeveer een meter overlap. Op basis van het uitvoeringsontwerp wordt de zinkstukkenconfiguratie uitgetekend.”

Het geotextiel wordt op de zate vastgeknoopt aan een geraamte van wilgenhout.

Stuk voor stuk afzinken

Het aanbrengen van de bodembescherming is een hele klus. Een kraanschip legt de matten drijvend in het water waarbij middels gps de juiste positie wordt bepaald. Vervolgens wordt het deels met stortsteen afgezonken. Daarna wordt eerst gepeild of de mat inderdaad op de juiste positie ligt. Zo ja, dan wordt eerst de volgende mat met een meter overlap afgezonken. Daarna worden de matten afgestort met de resterende breuksteen. Om voldoende sterkte aan de constructie te geven, wordt deze meestal gepenetreerd met colloïdaal beton. Zo ontstaat een laag van breuksteen waarbij de holle ruimtes tussen de stenen zijn opgevuld met beton. Het betreft speciaal beton waaraan stoffen zijn toegevoegd om het onder water te kunnen verwerken. “In de getijdezones passen we gietasfalt toe omdat dit minder gevoelig is voor uitspoeling door golven. Ook de stortstenen variëren in grootte. We hanteren in het project voornamelijk twee gradaties: 5-40 kilo en 40-200 kilo. Deze laatste passen we vooral toe op plekken waar de belasting als gevolg van golven en stroming groter is.” 

Opening Nieuwe Sluis Terneuzen

Vrijdag 11 oktober is de opening van de Nieuwe Sluis Terneuzen. Na een lange bouwperiode vanaf eind 2017 kunnen er dan eindelijk meer en grotere schepen door het kanaal varen tot aan de haven van Gent. Ook neemt de capaciteit en betrouwbaarheid van de sluizen toe, waardoor ook de wachttijd voor binnenvaartschepen afneemt. Hiermee is de Nieuwe Sluis Terneuzen klaar voor de komende honderd jaar. Een mijlpaal waar alle betrokkenen erg naar uit kijken. De laatste werkzaamheden en de opening zijn te volgen op www.nieuwesluisterneuzen.eu.     

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Kunnen we je helpen met zoeken?