Tagarchief: Infrasector

“De infrasector in Nederland is innovatief, dat ondersteunen we als overheid”

Werkbezoek Oosterscheldekering kopiëren
Lees het gehele artikel

Het zijn onzekere tijden voor iedereen, momenteel. Ondanks de corona pandemie zit de grond-, weg- en waterbouw gelukkig niet stil. Of moeten we zeggen: ‘staat niet stil’? Want naast het feit dat de innovatie die onze sector zo kenmerkt onverminderd plaatsvindt, is er ook veel te doen. Dat werk is niet uit de lucht komen vallen, een groot deel daarvan hebben we als sector te danken aan het meedenken en vooral ook vooruitdenken van onze overheid.   

GWW Magazine viel de eer ten deel om Cora van Nieuwenhuizen, Minister van Infrastructuur en Waterstaat, te mogen interviewen over de betrokkenheid van de overheid bij de vaderlandse infrasector, met thema’s als de huidige crisis, de rol van Nederland als Europese doorvoerhaven, digitalisering binnen de infra en duurzaamheid.

De infrasector in crisistijd

In eerdere edities verschenen artikelen waarin vanuit de hele GWW-sector dankbaar werd gereageerd op alle projecten die naar voren zijn getrokken door de overheid, met dien verstande dat er ook zorgen werden geuit. Zorgen over de orderportefeuille als deze pandemie officieel voorbij is. Is dan al het kruit verschoten? Niet alleen zijn er onderhouds- en vervangingsprojecten naar voren gehaald, de uitvoering ervan verliep sneller dan normaal, dankzij minder verkeer op ’s lands wegen. Op welke manier zorgt de overheid voor continuïteit? Minister van Nieuwenhuizen: “Het naar voren halen van projecten is natuurlijk niet begonnen vanwege de corona pandemie. De sector dreigde eerder al in de problemen te komen door de stikstof en PFAS-problematiek. Om toen een crisis in de sector te voorkomen door het opschuiven van nieuwbouwprojecten, hebben we met man en macht gewerkt aan het naar voren halen van onderhouds- en vervangingsprojecten. Daarvoor is er uitvoerig overleg geweest met de bouwsector. Toen was daar de corona pandemie met alle gevolgen van dien. Het aan het werk houden van de sector werd toen nog belangrijker. We zijn toen met alle brancheorganisaties om tafel gegaan om een taskforce te vormen. De conclusie luidde: we kunnen doorwerken met inachtneming van de corona maatregelen. We kunnen op anderhalve meter afstand werken, we kunnen veilig werken door op elkaar te letten. Zo hebben we binnen de taskforce de juiste methodiek bepaald die nodig was om onder de veranderde omstandigheden werk te kunnen verrichten.”

Cora van Nieuwenhuizen, Minister van Infrastructuur en Waterstaat. (Beeld: M. Beekman)

Maar liefst 1,9 miljard euro voor versneld onderhouden en vervangen

Na de tweede wereldoorlog is veel infrastructuur opnieuw aangelegd binnen hetzelfde tijdsbestek. “De projecten van destijds komen allemaal in aanmerking voor onderhoud en vervanging. In totaal heeft de overheid daar 1,9 miljard euro voor uitgetrokken, waarvan we nu 1,1 miljard versneld op de markt brengen. Dat komt bovenop de 265 miljoen euro die we al hadden uitgetrokken hiervoor”, aldus de minister. Voorbeelden die zij daarbij noemt zijn onder andere het groot onderhoud aan de A50 en de N18, grote baggerwerkzaamheden en het vervangen van klassieke verlichting door ledverlichting. “Voor het vervangen van de verlichting is een budget uitgetrokken van 44 miljoen euro”, licht zij toe. “Verder kun je denken aan projecten als het vervangen van meerpalen en het vervangen van geleiderails. Van sommige projecten zou je kunnen zeggen dat deze nog best hadden kunnen wachten, maar we hebben besloten om het toch maar te doen, omdat het goed kan buiten de stikstof en PFAS-problematiek. Er hangt om dit soort projecten veel werk heen, ze zijn multidisciplinair.”

Als overheid het goede voorbeeld geven

“De infrasector in Nederland is innovatief, dat ondersteunen we als Rijksoverheid absoluut”, vervolgt Minister van Nieuwenhuizen. “Door onze ondersteuning te bieden aan innovatie loont het voor de markt om daarin te investeren. We geven daarom graag het goede voorbeeld. Denk bijvoorbeeld aan het thema elektrificatie. Zo trekken we subsidie uit voor het groener maken van rijdende en varende voertuigen. We werken graag mee aan de verduurzaming van asfalt, ook op dat gebied zien we mooie innovaties plaatsvinden. De ‘demonstratietuin’ in de A73 is een leuk voorbeeld, daar kijken we naar levensduurverlenging, geluidsreductie, verminderde rolweerstand en betere recycling van asfalt. Als je kijkt naar DBFM-contracten, dan snap je dat nú aanpassen later veel voordeel zal opleveren.”

Nieuwbouwprojecten

We vragen de minister of er bekend is wanneer de nieuwbouwprojecten weer in beeld komen. De minister antwoordt: “Toen ik begon hadden we het probleem van onderuitputting. Meer geld dan projecten… Dat zijn we gaan bijsturen door ook echt projecten naar voren te trekken. De nieuwe aanleg projecten die vertraagd zijn door de stikstof en PFAS-situatie komen na deze fase van versnelde onderhouds- en vervangingsprojecten weer aan bod. Wat we geleerd hebben van de vorige crisis, is dat de BBL-trajecten (beroepsbegeleidende leerwegtrajecten) opgedroogd waren. Er kwam niet genoeg jonge aanwas binnen in de sector, terwijl de projecten toch aantrokken. Dan zit je met een tekort aan werkkrachten. Daar ligt voor de sector een belangrijk focuspunt, wil men straks op volle oorlogssterkte aan het werk kunnen.”

Minister van Nieuwenhuizen licht vervolgens toe dat de Rijksoverheid niet de hele markt is en er vanuit het Rijk weliswaar werk naar voren gehaald is, maar op provinciaal en gemeentelijk niveau er minder geanticipeerd is. “Om daar een steentje bij te dragen hebben we over een periode van 10 jaar een bedrag van 500 miljoen euro extra uitgetrokken voor de verkeersveiligheid. Het is de bedoeling dat lokale projecten op basis van cofinanciering met de provincie tot stand komen. Daar is veel op ingeschreven, zoveel zelfs dat we de voor 2020/2021 uitgetrokken 100 miljoen euro hebben verhoogd naar 200 miljoen. In november wordt bekend gemaakt welke projecten gehonoreerd worden. Pure winst voor de verkeersveiligheid en de regionale GWW-sector. Veel kleine projecten maken samen een groot werk!”

Nederland als belangrijke doorvoerhaven

Als het gaat om Nederland als belangrijke doorvoerhaven van goederen, dan wordt door de overheid de ‘corridorgedachte’ gehanteerd. Minister van Nieuwenhuizen legt uit: “Wij faciliteren graag de route naar België, Frankrijk en Duitsland. Daarover is veel contact, binnen ons land en met de betreffende landen. We hebben een goede weginfrastructuur, we hebben truckparkings. We zetten in op onze vaar- en spoorwegen. Alles wordt in het werk gesteld om meer te kunnen afhandelen. Frans Timmermans maakt zich sterk voor de ‘green deal’, er is veel overleg over wat we samen kunnen doen en hoe we kunnen verduurzamen. Er is een subsidiestroom vanuit de EU, onder de naam ‘Connecting Europe’. Het bevorderen van walstroomvoorzieningen vloeit onder andere daaruit voort. Er wordt groen licht gegeven voor vrachtvervoer, zeker in deze coronatijd is dat enorm belangrijk. Als Europese transportministers trekken we onderling samen goed op in dit verhaal.”

Deze samenwerking blijkt onder andere uit de nieuwe havenvisie die is gemaakt. “We hebben de intentie uitgesproken om elkaar niet te beconcurreren, maar elkaar juist te versterken.   

Zo verklaarde de Minister van Noordrijn Westfalen dat Rotterdam hun toegangspoort is, in plaats van Hamburg. Bedenk dan dat Noordrijn Westfalen zelf net zoveel inwoners heeft als heel Nederland. In Beneluxverband zijn er initiatieven genomen voor het invoeren van digitale vrachtbrieven, ook een mooi voorbeeld.”

De Minister op werkbezoek bij Schiphol.

Digitalisering binnen de infra

Op de vraag waar de overheid in beeld komt, als het gaat om de digitaliseringstransitie binnen de sector, luidt het antwoord: “We proberen als overheid veel zelf te doen, maar we kunnen niet zonder het bedrijfsleven. Daarom hebben we met acht landen gezamenlijk een ‘Data Taskforce’ opgezet. In deze werkgroep zitten ook zes automerken en acht fabrikanten van navigatiesystemen. Als het om verkeersveiligheid gaat moet je niet concurreren, maar samenwerken. Door het wegverkeer ‘connected’ te maken op het niveau van het vervoermiddel zelf ontstaat er een slim netwerk waar iedereen van profiteert. Denk bijvoorbeeld aan een waarschuwing voor gladheid -gekoppeld aan gps-gegevens- die het netwerk ingaat, wanneer een auto een doorslippend wiel detecteert. Is er een airbag afgegaan? Dan meldt de auto een ongeluk aan het netwerk. Het achteropkomend verkeer wordt supersnel gealarmeerd, evenals Wegbeheer. Dit valt allemaal onder het hoofdstuk ‘Incidentmanagement’ en de ontwikkelingen hierin zijn van het grootste belang. Het feit dat alle grote autofabrikanten hun medewerking verlenen, maakt dat dit systeem straks werkelijkheid wordt.”

Wie zitten er allemaal in deze Data Taskforce? “Dat zijn de volgende EU lidstaten en Wegautoriteiten: Nederland, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Spanje, Ministry of Home Affairs La Subdirección General de Gestión de la Movilidad DGT, Finland, Transport and Communications Agency TRAFICOM, Duitsland, Federal Ministry of Transport and Digital Infrastructure, Luxemburg, Ministry of the Economy, Oostenrijk, ASFINAG, België, Flanders MOW en Engeland, Highways England”, somt de minister op. “De deelnemende Service Providers zijn: HERE Europe B.V. en TomTom Traffic B.V. en als Automotive Supplier: NIRA Dynamics. De deelnemende automerken zijn: Audi, BMW AG, Ford Smart Mobility Ltd, Mercedes Benz, Volvo Cars, Scania en Honda. Verder nog de vereniging ACEA.”

Duurzaamheid in de infra

Wat wordt er van overheidswege gedaan ter bevordering van duurzaamheid in de sector en ter ondersteuning van het klimaatakkoord? “We starten met een subsidieregeling voor emissievrij materieel. We doen proefprojecten, bijvoorbeeld op de A16. We zullen in onze aanbestedingsprocedures steeds meer gewicht geven aan emissieloos werken, zodat er voor de markt een reden is om die kant op te bewegen. Ik snap dat dat soms heel lastig kan zijn voor bedrijven, maar het levert over het geheel genomen ook weer werk op. We maken onderscheid in de aanlegfase en de gebruiksfase, als het om duurzaamheid gaat. Een bijkomend voordeel is dat emissievrij werken in de infra een katalysator is voor niet-infra projecten, want overal is emissieloos werken wenselijk. Veel werktuigen zijn immers uitwisselbaar en worden ook in de bouwsector gebruikt. En wie zich afvraagt of het haalbaar is om te elektrificeren op het gebied van materieel: alle grote automerken doen het al, de fabrikanten van groot materieel hebben hun eerste successen al geboekt. Het kan en het komt eraan. De markt bepaalt wat er gebeurt namelijk”, zegt Minister van Nieuwenhuizen tot besluit.   

Wat hebben een toga, een helm en een paar kaplaarzen met elkaar te maken? Alles!

Lees het gehele artikel

Je moet een klein beetje gek zijn, om als advocaten de krachten te bundelen met als specialisme bedrijven in de infrasector juridisch bij te staan.

Gek van grond-, weg- en waterbouw inderdaad. Lenneke Muller, Robert Jan Kwaak en Edwin van Dijk delen deze passie en zijn partners binnen Construct Advocaten. Standaard in de kofferbak? Een paar kaplaarzen en een helm. Immers, je moet weleens ‘het veld in’ om een situatie te beoordelen.

Het begon allemaal eind 2017, tijdens een lunchwandeling. Lenneke en Robert Jan, toen nog ‘gewoon’ collega’s van elkaar, vroegen zich af hoe het zou zijn om als zakenpartners te opereren in de wereld van het bouwrecht. Aan de keukentafel -eind 2017- bij Lenneke werd het definitieve plan gesmeed voor Construct Advocaten. “We waren al 7 jaar collega’s, dus het was spannend om te kijken of de klik goed genoeg was om ook als zakenpartners door het leven te gaan. Begin 2018 hebben we de echte stap gezet.”

Een andere dynamiek

Er was ruimte voor een derde persoon binnen het partnerschap. Robert Jan: “De wereld van het bouwrecht is niet zo groot. Edwin en ik zijn ooit tegelijkertijd in 2000 begonnen als advocaat en we kwamen elkaar regelmatig tegen. We waren dus geen onbekenden van elkaar.” Edwin vult aan: “Toen dit initiatief in beeld kwam, was ik direct geïnteresseerd. De dynamiek die er achter Construct Advocaten zit, is heel krachtig en daar wilde ik bij zijn. Ik kwam Lenneke op een bouwrechtelijke bijeenkomst tegen en ben met haar het gesprek aangegaan, met open vizier. Dat leverde weer nieuwe gesprekken op. Het mooie is dat als je werkt bij een bouwrechtkantoor en dat bedrijf ook daadwerkelijk bouwrecht als specialisme uitstraalt, er toch wel een paar puzzelstukken op hun plaats vallen.”

Alles loopt zoals gepland

Is er sprake van een bepaalde evolutie binnen Construct Advocaten? Robert Jan antwoordt: “We kunnen rustig stellen dat de ‘keukentafelplannen’ precies lopen zoals gepland. Vanaf onze start is het al onze ambitie geweest om serieuze partijen in de bouw juridisch bij te staan. Ons kantoor heeft dan ook een zeer duidelijke signatuur binnen de bouwwereld.” Lenneke haakt in: “Het gaat snel allemaal. Ja, we zitten nog steeds op het pad dat we destijds uitgestippeld hebben, maar het loopt nog veel beter dan we toen hadden durven dromen.”

tvdh20150420-027-kopieren

Door vooraf het juiste advies te geven, behoed je je klant voor fouten die achteraf duur kunnen uitpakken.

 

De rode draad binnen de werkwijze

De klantenportefeuille van Construct Advocaten vormt een mooie afspiegeling van de sector. Lenneke: “We bedienen bijvoorbeeld bouwbedrijven, installatiebedrijven en toeleveringsbedrijven, van klein tot groot. Ook staan we regelmatig professionele opdrachtgevers bij. De rode draad binnen onze werkwijze is dat we met zijn drieën waarde hechten aan dezelfde dingen. Fijn samenwerken, onderling en met de klant bijvoorbeeld, met een gepassioneerde instelling.” Edwin beaamt dat en vult Lenneke aan: “Werkplezier, een geintje op zijn tijd en vertrouwen in elkaar hebben zijn zaken die je energie geven. We vertrouwen simpelweg op elkaars passie voor het vak en voor de branche waarin we ons begeven.”

Robert Jan schetst dat de belangen in de bouw groot zijn en er daarom nooit over één nacht ijs gegaan wordt op kantoor. “Dan is het belangrijk om elkaars mening op waarde te schatten. Samen weet je meer. Dat kan wederom alleen als je elkaar 100% vertrouwt. Als Lenneke tegen me zou zeggen dat zij het niet op de door mij voorgestelde manier zou aanpakken, dan gaat er bij mij een alarmbel rinkelen. Dan gaan we gewoon terug naar de tekentafel!”

“Een advocaat inhuren kost alleen maar geld!”

Een veelgehoorde uitspraak. Die vlieger gaat niet op wanneer er met Construct Advocaten wordt gewerkt. Edwin: “Een goede advocaat hoort juist geld te besparen. Door vooraf het juiste advies te geven, behoed je je klant voor fouten die achteraf duur kunnen uitpakken. Daarom zorgen we er liever voor dat onze klanten zaken goed vastleggen in hun bouwverslagen en dat zaken niet escaleren.”

Om zo te kunnen werken moet je wel weten hoe alles er in de sector aan toe gaat. “Dat is precies de reden waarom wij alleen bouwrecht doen”, zegt Robert Jan. “We staan gewoon met twee benen midden in de sector. We treden snel en flexibel op voor de klant, zodat hij snel door kan op de juiste manier. Ook dat scheelt een boel geld!” Lenneke: “Als het onverhoopt toch escaleert, dan gaan we er ook vol in. Dan scheelt het enorm dat je al in een vroeg stadium hebt meegekeken met de klant. Opschalen naar een procedure is dan makkelijker door alle voorkennis.

Opleidingen en cursussen

Klanten die efficiënter willen werken en alles vooraan in de keten meteen goed willen doen, kunnen een beroep doen op Construct Advocaten voor cursussen en lezingen. Edwin vertelt: “Tijdens deze cursussen en lezingen die we bij klanten geven, trekken we intensief op met de medewerkers van onze klanten. Je leert elkaar op een hele andere manier kennen en krijgt vanzelf een klik. Dat maakt het samenwerken daarna zeer laagdrempelig. Dat komt de snelheid van handelen weer 100% ten goede!”

Robert Jan ziet het als een mooie wisselwerking met de klant. “Wij verschaffen hen juridische kennis, zij ons de technische kennis. We vinden het alle drie bijzonder leuk om ons te mogen manifesteren in een technische omgeving en we doen dat met succes. Daardoor zijn we in staat om een perfecte vertaalslag te maken naar de rechter. Kennis maakt de bouw meer dan leuk”, zegt hij tot besluit.     

Van dozenschuiver tot turnkey oplossingen

company-picture-kopieren
Lees het gehele artikel

In 1985 letterlijk begonnen vanuit een garagebox en inmiddels uitgegroeid tot innovator, producent en leverancier van technische producten op het gebied van watertechniek, luchtbehandeling en (industriële) filtratietechniek. Van der Ende Groep produceert en levert voor de infrasector een breed assortiment pompen, toebehoren en totaaloplossingen.

Van der Ende Groep is groot geworden in de glastuinbouw, maar heeft door de jaren heen de scope aardig verbreed. “Behalve in de land- en glastuinbouw zijn we actief in de industrie en steeds nadrukkelijker in de aannemerij en infrasector”, zegt productmanager Paul van den Berg. “In 2015 hebben we daarin een belangrijke stap gezet door het dealerschap van Grindex over te nemen, een gevestigde naam in Nederland en bekend van de extreem robuuste pompen die bovendien prima te hanteren zijn. Een Grindex pomp van slechts 50 kilogram kan maar liefst 140 m3/uur verpompen.” Daarnaast is Van der Ende Groep exclusief dealer van Selwoodpompen voor Nederland en Vlaanderen, bekend van de (mobiele) pompsets. De heavy duty toepassingen en geluidgedempte omkastingen zijn kenmerkend voor deze pompen.

Pompen voor project Zuid-Amerika.

 

Alles onder één dak

De activiteiten in de infrasector variëren volgens Van den Berg van het sec leveren van pompen tot het uitvoeren van complete projecten. “Zo hebben we de Maastunnel tijdens de renovatie drooggehouden. Daarbij hebben we het volledige plaatje verzorgd, van de pompinstallaties tot schakelkasten met telemetrie. Ook voor de Blankenburgtunnel hebben we de pompen geleverd. Nu zijn we bezig met een groot project in Zuid-Amerika, waarvoor we twaalf complete rvs Grindex 100 kW-pompen leveren die tot 20 bar 200 m3 kunnen verpompen, inclusief ‘blast proof’ containers en custom made software.” Zijn collega Chris Bogaars vult aan: “De kracht van ons bedrijf is dat we alles in eigen huis kunnen engineeren en produceren, al dan niet volgens bestek of zelfs om mondelinge uitvraag. We zijn behoorlijk veelzijdig en beschikken over een eigen panelenbouw, assemblage, metaal-, reparatie- en projectafdeling en een enorme voorraad. Dat maakt dat we snel kunnen reageren of inspringen op eventuele problemen bij klanten. We zijn nauwelijks afhankelijk van derden. Aannemers en infrabedrijven zien dat als een belangrijke toegevoegde waarde; ze hebben slechts één aanspreekpunt. Ook voor knowhow en advies kunnen ze bij ons terecht.”

VDEG – afdeling reparatie en revisie

 

Begin 2019 heeft Van der Ende Groep de productie van Staka putluiken overgenomen. “We produceren de standaard series, maar desgewenst ook volledig op maat. Een mooie complementaire aanvulling op ons bestaande assortiment, zodat de markt van pompen en putten nog beter bediend kan worden”, besluit Van den Berg.   


Van der Ende Groep

Aartsdijkweg 23, 2676 LE Maasdijk

T +31 174 51 50 50

E sales@vanderendegroep.nl

www.vanderendegroep.nl

Nederland veilig houden

dsf5020-kopieren
Lees het gehele artikel

Het in kaart brengen van de conditie en mogelijke veiligheidsrisico’s van kunstwerken in de infrasector en het (spoor)wegennet is een dagelijkse bezigheid voor A-Quin. Het landelijk opererende inspectie- en adviesbureau helpt Nederland veilig te houden met de meest uiteenlopende technische inspecties en vakkundig advies: van assetmanagement tot constructieve veiligheid.

Inspecties zijn een belangrijk hulpmiddel om de wegen en kunstwerken in ons land veilig te houden. “Door inspecties, zoals een NEN 2767 of NEN 3140, uit te voeren wordt een goed beeld verkregen van de conditie van de wegen en objecten”, zegt Mans Damen, directeur van A-Quin. “Een overzicht is mooi, maar echt waardevol wordt het natuurlijk als het ook inzicht oplevert. Op basis van onze bevindingen stellen we bijvoorbeeld een instandhoudingsadvies, zodat onderhoudswerkzaamheden kostenefficiënt uitgevoerd kunnen worden dat de levensduur ten goede komt. Datzelfde doen we ook voor gemalen, aquaducten, sluizen en andere belangrijke schakels in waterbeheer, maar ook voor wissels, onderliggende en dragende kunstwerken en bijvoorbeeld inspecties op vloeistofdichtheid van vloeren op tankplaatsen en rangeerterreinen in het spoorwegennet.”

Inspecties zorgen ervoor dat niet alleen de huidige conditie van assets in kaart wordt gebracht, maar ook wat de risico’s zijn.

 

Instandhoudingsadvies

De impact van slecht presterende assets en kunstwerken is vaak fors, of het nu gaat om de functie of de veiligheid. “Onze inspecties zorgen ervoor dat niet alleen de huidige conditie van assets in kaart wordt gebracht, maar ook wat de risico’s zijn. Nu en op langere termijn”, stelt Damen. “De complexiteit van objecten of kunstwerken kan ertoe leiden dat we eventueel inspecties op maat leveren. Met gerichte technische inspecties kunnen we ook het functioneren van objecten en kunstwerken beoordelen of een schadeonderzoek uitvoeren.” Zo onderwerpt A-Quin in samenwerking met Arcadis momenteel een groot aantal kunstwerken in Nederland aan een inspectie en brengt instandhoudingsadviezen uit richting Rijkswaterstaat. “Daarbij brengen we de huidige conditie in kaart, evenals de risico’s en adviseren we wanneer onderhoud plaats moet vinden en wat het gaat kosten. Voor Gebr. Van der Lee zijn we de onafhankelijk partij die de jaarlijkse inspecties aan kunstwerken uitvoert, conform het prestatiebestek met Rijkswaterstaat. En zo zijn we door het hele land actief. Daarnaast zijn we vertegenwoordigd in commissies die bepalend zijn voor het ontwerpen of bijstellen van diverse NEN-richtlijnen. Dat alles met als doel Nederland veilig te houden.”    


A-Quin BV

Industrieweg 43, 3361 HJ Sliedrecht

T +31 184 41 07 12

E info@a-quin.nl

www.a-quin.nl

GEO-ICT zorgt voor revolutie in de GWW

artikel_gww-1-kopieren
Lees het gehele artikel

De infrasector is volop bezig met een grootschalige digitalisatieslag. Deze tamelijk traditionele bedrijfstak bevindt zich in een stroomversnelling. De ontwikkelingen gaan razendsnel, met name op het gebied van Geo-ICT. Nog steeds met de laarzen in de klei, maar wel hightech aangestuurd. Hoe krijgen ze dat voor elkaar?

Het in Mijdrecht gevestigde Geodirect is zich als geen ander bewust van de effecten van digitale revolutie in dit vanouds tamelijk traditionele werkveld en heeft hierop een scherpe, toekomstgerichte visie. “Er is niets mooiers en bevredigender dan bedrijven en organisaties écht te helpen bij het optimaliseren en verduurzamen van werkprocessen”, zegt Sales Engineer Eric van der Hoek. “Wij richtten ons op de verschillende facetten binnen bouwprocessen, waarbij plaatsbepaling en geo-informatie een rol spelen. Voornamelijk vanaf de planvorming tot en met de realisatie van projecten.”

Inmiddels vertrouwen ruim 10.000 gebruikers dagelijks op de Geolantis KLIC Viewer app om het risico op graafschade te voorkomen.

 

Stonex GPS

“We zijn in 2010 begonnen met het ondersteunen van aannemers die in eigen beheer wilden inmeten en uitzetten met behulp van GPS. De gebruiksvriendelijkheid van apparatuur en software was essentieel, plus de intensieve begeleiding van de mensen die ermee moesten gaan werken”, vervolgt Van der Hoek. “Toen we startten met Geodirect hadden we de beschikking over één ontvanger, de Stonex S9. Een van de eerste ontvangers die gewoon overal ontvangst had met centimeter nauwkeurigheid, gecombineerd met software waar de gebruiker geen landmeetkundige kennis voor nodig had. Door de snelle ontwikkelingen in de markt hadden we echter snel in de gaten dat de software veel meer moest kunnen. Om processen daadwerkelijk te kunnen optimaliseren, zijn we gaan kijken naar alternatieve mogelijkheden op het gebied van databases en koppelingen met andere systemen, zoals ERP. Zo stuitten we op Atlantis van iLogs, een uniek systeem, ontwikkeld voor netbeheerders, waarmee een groot deel van wat wij zochten mogelijk was.”

Geolantis.360 platform

Van der Hoek: “Een intensieve samenwerking met onze relaties om de softwareomgeving geschikt te maken voor onder andere de aannemerij heeft uiteindelijk geresulteerd in ons huidige Geolantis.360 platform. Een aantal aanjagers in de technische ontwikkelingen waren bijvoorbeeld de implementatie van Synfra, waarbij we de volledige procesautomatisering in het 24-uurs huisaansluitingenproces hebben ingericht voor een aantal aannemers op basis van XML-berichtenuitwisseling. Tegelijkertijd hebben we de Geolantis.360 INSPECTOR app ontwikkeld voor het grootschalig areaalbeheer van Havenbedrijf Rotterdam en hebben we op verzoek van onze klanten het volledige KLIC-proces geïntegreerd. Inmiddels vertrouwen ruim 10.000 gebruikers dagelijks op de Geolantis KLIC Viewer app om het risico op graafschade te voorkomen.”

Stonex-ontvangers zijn uitgerust met het meest geavanceerde GNSS board, leveren hoge prestaties tot 800 kanalen en ondersteunen alle satellietconstellaties.

 

Meten met drones

Iedere dag komen er nieuwe uitdagingen bij die Geodirect in staat stellen om verder te innoveren. “Het portfolio aan aanvullende en altijd overlappende producten groeit daar organisch in mee”, stelt Van der Hoek. “De inzet van drones is daar een mooi voorbeeld van. Voor het meten met drones zijn we 3 jaar geleden gestart met 3Dsurvey-software in combinatie met de welbekende drones van DJI. Later hebben we dit uitgebreid met Pix4D, 3DR SiteScan en de distributie van de WingtraOne drone. Onze dronemapping oplossingen worden dagelijks door veel bedrijven in de GWW ingezet. Bijvoorbeeld om de voortgang van grondverzet bij te houden, actuele hoeveelheden te bepalen bij asfaltcentrales en de uitrol van glasvezel in het buitengebied.

Procesoptimalisatie

“Glasvezel buitengebied is een mooi voorbeeld van verregaande procesoptimalisatie”, zegt Eric van der Hoek. “Door drones in te zetten beschikken telecomaannemers binnen een tijdsbestek van nog geen halve dag over de actuele situatie en kunnen direct met centimeterprecisie de beste route bepalen. Om tot het definitief ontwerp te komen maken aannemers gebruik van de Geolantis.360 INSPECTOR app voor het schouwen. Tijdens de schouwing kunnen we zelfs door middel van de unieke database koppelingen het definitieve ontwerp real-time bijwerken, zodat de aannemer ook direct inzicht heeft in de kosten, welke werkzaamheden uitgevoerd moeten worden (zoals aantal gestuurde boringen, opbreken van straatwerk, graven van sleuven e.d.) en kunnen vergunningen aangevraagd en de materialen tijdig besteld worden. Het definitieve ontwerp wordt vervolgens digitaal gedeeld met de monteurs die ook gebruik maken van de app. Na de aanleg wordt er direct met open sleuf ingemeten door de monteurs. Afwijkingen ten opzichte van het ontwerp worden geregistreerd met een GNSS ontvanger of digitaal geschetst in de COLLECTOR app en de revisie wordt automatisch gesynchroniseerd met de werkvoorbereider op kantoor.”

Momenteel werkt Geodirect met een aantal fabrikanten, netbeheerders en aannemers samen aan toepassingen op het gebied van logistiek en de registratie van verwerkte materialen in de ondergrond. “Dit heeft wat ‘voeten in de aarde’ gezien de verschillende belangen, maar gelukkig staan alle partijen open voor innovatie en verduurzaming. De digitale revolutie in de GWW is per slot van rekening nog maar net begonnen”, besluit Van der Hoek.   


Geodirect | Nexterdays Solutions

Vermogenweg 107, 3641 SR Mijdrecht

T +31 297 769 101

E info@geodirect.nl

www.geodirect.nl

Meer controle op infraprojecten

Lees het gehele artikel

Mens en materieel effectiever plannen, risico’s verkleinen bij de nieuwe contractvormen en gewoonweg meer controle op projecten, 4PS Construct is hét ERP-product bij uitstek voor de infrasector. Een volledige cloud service gebaseerd op het meest gebruiksvriendelijke en moderne platform van dit moment: Microsoft Dynamics 365 Business Central.

Al meer dan twintig jaar vertrouwt 4PS Construct op het platform van Microsoft. “Wij maken gebruik van de basisfunctionaliteiten van Dynamics 365 Business Central waarop we specifiek voor de infrasector allerlei aanvullende features hebben gebouwd”, licht André Overeem, innovatiedirecteur van 4PS toe. “Door ons partnerschap met Microsoft liften we telkens mee op de nieuwste technologieën. Behalve dat we steeds weer nieuwe functionaliteiten aan het ERP-systeem toevoegen, hebben we de laatste jaren ook sterk ingezet op het ‘verclouden’ van de oplossing bij onze klanten. Steeds meer infraklanten brengen we naar de cloud.”

4PS brengt steeds meer infraklanten naar de cloud.

 

Werken in de cloud

Groot voordeel van werken in de cloud is volgens Overeem dat de software altijd beschikbaar is. “4PS Construct kan op ieder device – telefoon, tablet, laptop – via de browser gebruikt worden. Klanten hebben geen omkijken naar onderhoud, hoeven geen extra hardware aan te schaffen en kunnen de ERP-oplossing gebruiken als water uit de kraan. Overigens is 4PS Construct ook nog altijd beschikbaar ‘on premise’ lokaal geïnstalleerd, maar de trend naar de cloud is toch echt wel ingezet. Daarbij rekenen we een maandelijkse fee per gebruiker. Dat maakt de software ook heel flexibel; het aantal gebruikers kan heel eenvoudig op- of afgeschaald worden.”

Gebruiksvriendelijke apps op locatie

De productie in de infrasector vindt altijd op locatie plaats. Reden voor 4PS om naast het ERP-systeem ook een aantal handige apps te ontwikkelen, die vanzelfsprekend ‘in verbinding staan’ met 4PS Construct. Overeem geeft een voorbeeld. “Voor de infrasector hebben we bijvoorbeeld de GWW-app ontwikkeld die machinisten in staat stelt om de volledige administratie af te handelen. Via de app kan de machinist opdrachten inzien, de status doorgeven, zijn uren registreren (werk- en reistijden) en deze op het specifieke project belasten, zowel intern als extern. Onze materieel app richt zich weer op  de onderhoudsafdeling voor het materieel bij infrabedrijven. Het onderhoud van groot inframaterieel gebeurt vaak op locatie. Via de materieel app kan de machine worden gelokaliseerd en is zichtbaar welk type onderhoud de machine behoeft. Ook de volledige administratieve afhandeling gebeurt in deze app.”

André Overeem, innovatiedirecteur van 4PS.

 

Issuemanagement

De komende jaren kunnen we van 4PS nog veel meer apps verwachten, verklapt Overeem. “Zo zijn we ook bezig met de ontwikkeling van een app voor werkvoorbereiders en projectleiders die on-site informatie kunnen inzien, delen, verwerken, et cetera. Zo heeft iedereen overal en altijd de beschikking over de meest recente documenten, zelfs als er even geen internetverbinding beschikbaar is.”

“In het kader van VCA en de Wet Kwaliteitsborging wordt issuemanagement steeds belangrijker”, vervolgt Overeem. “Zo’n app heeft daarin ook een toegevoegde waarde. Eventuele gebreken kunnen ter plekke worden gemeld via de app, er kan een foto worden toegevoegd, enz. En bij gevaarlijke situaties krijgt de appgebruiker direct een checklist voorgeschoteld om de situatie veilig te stellen.”

4PS Control

Het faciliteren van mensen op locatie krijgt bij 4PS steeds meer vorm. Het 4PS Construct ERP-systeem in combinatie met de specifieke apps zorgen niet alleen voor meer controle, maar ook voor meer gemak. Dat geldt ook voor de mogelijkheden binnen 4PS op het gebied van ketenintegratie, waarvoor 4PS Control werd ontwikkeld. “Het is een portaal waarop leveranciers, opdrachtgevers, (onder)aannemers en eigen medewerkers informatie kunnen inzien en uitwisselen. Onze klant Dynniq bijvoorbeeld gebruikt 4PS Control om informatie over meldingen van storingen en schades te delen met hun klanten. Alle partijen zien dezelfde informatie en de werkzaamheden kunnen volledig digitaal administratief worden afgehandeld. Dit maakt het communiceren een stuk sneller, eenvoudiger en overzichtelijker. Ook 4PS Control is een clouddienst.”

Tot slot zet 4PS sterk in op BIM en Internet of Things. “We draaien nu een pilot met een wegenbouwer, waarbij al het materieel verbonden is met elkaar en met ons ERP-systeem. Het zorgt ervoor dat materieel effectiever gepland en ingezet kan worden. BIM staat in de infrasector misschien nu nog in de kinderschoenen, maar wordt in de toekomst steeds relevanter. Ook daarin lopen we voorop.”    


4PS

Keplerlaan 4, 6716 BS, Ede

T +31 318 644 500

E info@4ps.nl

www.4ps.nl

Topsport in civiele techniek

brug-fort-de-kwakel-3
Lees het gehele artikel

De roots van Gebr. Griekspoor liggen in het maai- en slootonderhoud. “Om ook buiten het seizoen aan het werk te blijven, besloot mijn vader destijds om de scope te verbreden”, zegt Frank. “Dat begon met het aanleggen van beschoeiingen, het plaatsen van damwanden en het uitvoeren van boringen onder wegen door. Door de jaren heen zijn we uitgegroeid tot een multifunctioneel aannemer in de infrasector, waarbij we onze roots niet uit het oog zijn verloren. Daarnaast houden we ons bezig met het aanbrengen van wegmarkeringen, het ontwerpen, inrichten en onderhouden van kinderspeelplaatsen, het bouwen, renoveren en onderhouden van (beweegbare) bruggen in staal, hout of composiet en alle voorkomende werkzaamheden aan gemalen, zwembaden en waterkunstwerken.”

Wereldmarktleider in vlamspuiten

Door het onderhoud aan de bruggen is Gebr. Griekspoor op een gegeven moment in aanraking gekomen met de techniek van vlamspuiten. Frank: “Bij onderhouds- en herstelwerkzaamheden aan bruggen werd ons gevraagd het leuningwerk opnieuw te conserveren. Aanvankelijk deden we dat via het proces van metalliseren waarbij een zink-aluminium laag wordt opgespoten. Niet veel later hebben we ons de techniek van vlamspuiten eigen gemaakt.” Ook daarin bewijst Gebr. Griekspoor zijn topsportmentaliteit. De firma is uitgegroeid tot wereldmarktleider in vlamspuiten en gespecialiseerd in onder meer het opspuiten van hydraulische cilinderstangen in lengtes tot wel 23 meter. Deze divisie bedient ook zelfstandig de markt onder de noemer Griekspoor Thermal Coatings.

De Gebr. Griekspoor groep telt ruim honderd medewerkers over alle divisies. “Het zijn allemaal specialisten in hun vakgebied”, benadrukt Frank. “We zijn een bedrijf dat graag meedenkt met opdrachtgevers en echt een stukje meerwaarde probeert te leveren. We willen altijd vooruitstrevend zijn door telkens onze lat weer een stukje hoger te leggen. Wat dat betreft zijn er zoveel overeenkomsten tussen het runnen van ons bedrijf en topsport. Een aantal van onze kinderen is eveneens met dat virus aangestoken; ze tennissen en motorcrossen op professioneel niveau. Uniek is ook dat we een aannemer zijn die veel zelf doet. We beschikken over een eigen ‘industriepark’, waarin we zelf lassen, boren, slijpen, stralen, metalliseren, houtbewerken, et cetera. Dat zie je tegenwoordig niet veel meer bij een aannemer.”

Vanzelfsprekend heeft Gebr. Griekspoor oog voor het milieu en de toekomst. Frank is van mening dat het begrip duurzaamheid over het algemeen misbruikt wordt. “Iedereen zegt duurzaam bezig te zijn, maar wij kunnen het ook daadwerkelijk staven. Het uitvoeren van levensduur verlengend onderhoud, waarin we gespecialiseerd zijn, dat noem ik duurzaam. Daarnaast zijn we bezig met een ISO14000-certificering, bezetten we niveau 5 op de CO2-Prestatieladder en zetten we ons actief in op het gebied van MVO waarbij we mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt opleiden en tewerkstellen.”    

Een goed prestatiemeetsysteem moet stabiel, betrouwbaar en toekomstbestendig zijn

shutterstock_786974092
Lees het gehele artikel

Een prestatiemeetsysteem (PMS) valt onder het hoofdstuk automatisering. Software waarmee kan worden aangetoond binnen een project dat er wordt voldaan aan de gestelde eisen van de opdrachtgever. Dat niet alle PMS’en zelf even goed presteren, wordt in de infrasector op regelmatige basis proefondervindelijk ervaren. Vaak zijn er dan al torenhoge kosten gemaakt en moet men hinkend verder met software die misschien wel 30 jaar dienst moet doen.

Het is dus van het grootste belang om bij het aannemen van een project te kiezen voor een PMS dat stabiel, betrouwbaar en toekomstbestendig is. Soltegro bouwt al jaren software voor grote industrieën en heeft zich toegelegd op het perfectioneren van prestatiemeetsystemen. We spreken met directeur Hans de Man en Manager Systems Engineering Franc Fouchier, over de PMS-software die het bedrijf ontwikkelt.

Gevalideerd werken

Fouchier opent het gesprek: “De meeste projecten worden voorgefinancierd. Per maand krijgen aannemers daar een fee voor terug, mits aantoonbaar is dat er aan de gevraagde prestatie is voldaan. Bij een slechte prestatie of een gebrek aan aantoonbaarheid wordt er dus niet uitbetaald. Een PMS is dan onontbeerlijk en hangt onlosmakelijk verbonden aan contracten en facturatie. Omdat er betaling in het spel is, dient de software gevalideerd te zijn. Om die reden wordt onze PMS-software door onafhankelijke accountants gevalideerd.”

Het is tijd voor een generiek PMS

Omdat geen project hetzelfde is, mag elk PMS als maatwerk gezien worden. De Man zegt daarover: “Daar zie je dan ook de problemen ontstaan bij diverse softwareontwikkelaars. Er is geen handleiding voor het schrijven van een PMS. Vaak gaat de ontwikkeling van het PMS voor een specifiek project gepaard met vallen en opstaan, wordt de software vol ‘bugs’ opgeleverd en heeft het aan het eind van de rit onnodig veel geld gekost. En blijft het geld kosten, omdat het PMS tijdens de duur van het gebruik af en toe faalt.”

Soltegro heeft zijn sporen inmiddels ruimschoots verdiend in de wereld van de prestatiemeetsystemen. “Zo hebben we in 2014 het PMS gebouwd voor de Sluis Limmen, daarna voor de Beatrix Sluizen. Na nog een aantal andere projecten, vroegen we onszelf af of we de gemene delers tussen projecten niet konden definiëren en op basis daarvan geen generiek PMS konden bouwen. Een PMS dat in lagen is opgebouwd en volledig configureerbaar is, conform de variabele eisen per project. Dat begint al bij het verschil tussen natte en droge projecten”, aldus De Man. En zo geschiedde. Sluis Eefde is nu het eerste project dat gaat werken met het door Soltegro ontwikkelde generieke PMS. “Dat werkt niet alleen kostenbesparend, maar garandeert ook stabiliteit en betrouwbaarheid”, voegt Fouchier toe.

Het drie lagen model

Fouchier schetst de opbouw van het generieke PMS: “We spreken over het drie lagen model. De eerste laag is het generieke gedeelte, door ons gebouwd op basis van de gemene deler die we in ieder project hebben aangetroffen. De tweede laag vraagt of het gaat om een nat of een droog project, daar wordt dus het onderscheid gemaakt tussen grond-, weg- en waterbouwprojecten. De derde laag is specifiek voor het individuele project. Daar kun je de variabelen ingeven die niet generiek zijn.”

Toekomstbestendigheid

Een PMS moet meedraaien van aanvang project tot einde onderhoudsfase (De PMS-software die Soltegro levert heeft koppelingen met het onderhoudssysteem). Dat kan oplopen tot wel 30 jaar. Soltegro hanteert daarin hetzelfde principe als bij Windows updates. Fouchier: “We gebruiken ‘state of the art’ technieken voor de bouw van de software. Zo kunnen we kort cyclisch wijzigingen gecontroleerd doorvoeren. Bijvoorbeeld een patch die nodig is om de applicatie goed te laten functioneren bij updates van het besturingssysteem. Door de generieke aanpak lossen we dit met één patch op die over alle instanties van de PMS-software uitgerold wordt. Daar heeft de gebruiker geen omkijken naar. We kunnen dit doen omdat in het generieke deel, de eerste laag, de architectuurkeuzes voor de software zijn gemaakt. Zo kan een PMS meegroeien met de evolutie van het besturingssysteem.”

Tot slot praten we over gebruiksgemak en veiligheid. De Man: “We werken alleen maar in de Cloud. In tegenstelling tot wat velen denken, is dit veiliger dan werken op lokale servers. Het is goed voor schaalbaarheid, backups, validatie en het maakt software-updates makkelijker. Veilig werken, samen werken en gecontroleerd werken zijn dus gewaarborgde factoren.” 

Beoordelen en analyseren van risico’s in de GWW

Lees het gehele artikel

Infrastructurele werkzaamheden kunnen effect hebben op de omgevingsbebouwing. Door in het voortraject de mogelijke risico’s in te schatten, beheersmaatregelen op te stellen en tijdens uitvoering de omgevingsbeïnvloeding te meten, kan veel leed worden voorkomen. “Nul (gevolg)schade, dát moet het uitgangspunt zijn voor alle infrastructurele werkzaamheden”, stelt Fred Pannekoek van Fides Expertise terecht.

Risico’s inschatten

Fides Expertise is gespecialiseerd in het beoordelen en analyseren van risico’s in de infrasector, zowel aan de kant van de opdrachtgever als aan de kant van de verzekering (nog voor het project op de markt komt), maar ook in opdracht van uitvoerende partijen. “We schatten de risico’s van de invloeden naar de omgeving toe in en bekijken op welke manier we dat het beste kunnen monitoren tijdens uitvoering”, licht Pannekoek toe. “Dat varieert van het monitoren of een vooraf berekende verlaging van de waterstand overeenkomt met de werkelijke verlaging, het monitoren van de doorbuiging van een damwand bij een grote bouwkuip tot het monitoren van de invloeden van de infrawerkzaamheden op gevoelige bebouwing of kabels en leidingen in de ondergrond.”

De meetapparatuur voor trillingen, geluid, grondwaterstand en deformaties van Fides Expertise zijn voorzien van een automatische alarmmelding bij overschrijding.

 

Pragmatische benadering

In alle gevallen is het zaak om tijdens de werkzaamheden voldoende meetmomenten in te plannen, zodat tijdig ingegrepen kan worden in geval van eventuele zettingen of ongeoorloofde trillingen. “Ieder project is daarin uniek. We schatten de risico’s in op basis van de geplande werkzaamheden. Ook al is er vaak een bestek aanwezig, de werkmethodieken staan vaak niet beschreven. Per situatie bekijken we de mogelijke risico’s, schrijven beheersmaatregelen voor en selecteren we de juiste meetmethodiek. Het is zaak dat laatste pragmatisch te beoordelen en juist daar schort het nog wel eens aan in de markt. Het is telkens een afweging maken tussen de mogelijke risico’s, de geschikte meetapparatuur en de kosten die daaraan verbonden zijn. Elk half uur een meting uitvoeren, heeft in sommige gevallen gewoon geen zin”, benadrukt Pannekoek.

Tijdig anticiperen

De meetapparatuur voor trillingen, geluid, grondwaterstand en deformaties van Fides Expertise zijn voorzien van een automatische alarmmelding bij overschrijding. “Bij onze robotical totall-stations voor deformaties zijn zelfs meerdere alarmniveaus in te stellen, zodat tijdig geanticipeerd kan worden na een eerste waarschuwing. De grenswaarden worden vastgelegd in het monitoringsplan dat we samen met de opdrachtgever opstellen. Ook wordt beschreven welke stappen genomen dienen te worden als een grenswaarde wordt bereikt. Bij grote, complexe projecten vindt zelfs 2-wekelijks een monitoringsoverleg plaats waarin de meetresultaten worden besproken en verdere acties gedefinieerd. En dat alles met als doel om de constructieve veiligheid en het cosmetische aspect van de omgevingsbebouwing te behouden.”   

Primeur voor Maastricht: dé internationale vakbeurs voor de infrasector komt naar het MECC

img_9210
Lees het gehele artikel

Er is behoefte aan een allesomvattende vakbeurs voor grond-, weg- en waterbouw, bouwmaterialen, civiele techniek en infrastructuur, maar dan wel een vakbeurs die centraal in de Benelux gehouden wordt, met een internationaal karakter, is de mening van beursorganisator Exhibitions Rotterdam International BV. 

Jan G. de Klerk, directeur bij Exhibitions Rotterdam, licht toe: “Natuurlijk zijn er andere beurzen in Nederland die de bovengenoemde sectoren deels bestrijken. Wij hebben echter geconstateerd dat bedrijven die in deze sectoren werkzaam zijn, al langer Euregionaal werken en zich niets aantrekken van landsgrenzen. Er bestaan al samenwerkingsverbanden tussen partijen in Nederland, België en Duitsland, die een voor iedereen bereikbare vakbeurs rechtvaardigen. Wij willen de beurs echter nog breder zien en er een Europese, internationale beurs van maken. Deze beurs organiseren wij van 21 tot en met 23 april 2020 voor de allereerste keer, op een locatie die prachtig centraal in de Benelux, bijna op het drielandenpunt, ligt: het MECC in Maastricht.”

Bereikbaarheid voert de boventoon
INFRA-EXPO 2020 heeft bereikbaarheid als rode draad door het evenement lopen. De organisatie zorgt ervoor dat er een groot aandeel eigenaren, directieleden, managementleden en andere beslissers van middelgrote en grote ondernemingen uit de Europese infrasector zullen worden uitgenodigd. “Voor ondernemers, organisaties en overheden die landelijk en/of op Europees niveau ondernemen in de infrasector biedt dit uitgelezen kansen om zich aan een kwalitatief hoogwaardig publiek te presenteren”, schetst De Klerk. “Niet alleen de geografische bereikbaarheid is top vanwege de locatie, maar ook de zakelijke en bovenal menselijke bereikbaarheid is enorm. In onze rol als doorgewinterde beursorganisator bieden we graag deze meerwaarde aan zowel exposant als bezoeker.”

Kennis delen en orders noteren
De vakbeurs staat in het teken van het delen van kennis, over ’s lands grenzen heen. Voor De Klerk is het noteren van orders een logisch gevolg van het feit dat INFRA-EXPO een kennisplatform van de bovenste plank is: “Door elkaar slimmer te maken, kunnen er weldoordachte keuzes gemaakt worden. De vakbeurs informeert niet alleen, maar biedt meteen alle gelegenheid om problemen voor te leggen, oplossingen te vernemen en directe keuzes te maken. Dat levert opdrachten op, reken daar maar op.”

Verbinden en innoveren
Met de ambitieuze doelstellingen die Exhibitions Rotterdam heeft met INFRA-EXPO, valt te verwachten dat deze vakbeurs tot de succesvolste beurzen in de Europese sector zal gaan behoren. “We verbinden partijen met elkaar, waardoor er niet alleen mooie opdrachten over en weer gegund zullen worden, maar waardoor er vooral ook (Europese) samenwerkingsverbanden zullen ontstaan, die voor een stuk broodnodige innovatie zullen zorgen”, aldus De Klerk.

Aan bekendheid voor de vakbeurs wordt inmiddels hard gewerkt. Exhibitions Rotterdam heeft hiervoor vakblad Grond- Weg- en Waterbouw als mediapartner ingelijfd. Verder werkt de organisatie nauw samen met een Comité van Aanbeveling, waarin vooraanstaande en gelauwerde personen uit de infrasector zitting hebben. Zij promoten de vakbeurs, dragen ideeën aan, komen met innovaties en hebben zich ten doel gesteld om INFRA-EXPO naar het allerhoogste niveau te tillen. De Klerk: “Op deze manier blijft INFRA-EXPO relevant voor de branches waarop het evenement zich richt.”

Beursprogramma vol actie
De organisatie heeft een Speakers Corner van 120 m2 voorzien op de beursvloer. Daar vinden lezingen, workshops, demonstraties en discussierondes plaats. “Om het spannender te maken, is er een mystery guest uitgenodigd, die een lezing zal geven”, zegt De Klerk. Op basis van de vele positieve reacties, zowel nationaal als internationaal, is de inschrijving voor exposanten inmiddels van start gegaan. Het indelen van standruimte geschiedt op volgorde van aanmelding. INFRA-EXPO 2020 wordt gehouden in de Zuid Hall van het MECC in Maastricht, met een oppervlakte van 10.000 m2. De minimale ruimte voor een stand bedraagt 9 m2.