Met de ladder van Lansink in het achterhoofd, wordt voor het hout, van de grootste stam tot de kleinste snipper, steeds de juiste ecologische en economische bestemming gezocht. Met de recente aanschaf van de HG4000 houtversnipperaar van Vermeer toont Mouton de weg voor de komende jaren: meer inzetten op biomassa en houtrecyclage.
Zijn opleiding tuin en ontwerp verraadde al zijn groene vingers, maar toen Kristof Mouton zijn professionele carrière begon uit te bouwen koos hij toch voor bosbouw. “Bomen, hout, het zijn materialen die me inspiratie geven. Het ondernemersbloed had ik mee van thuis.” Toen hij er in 2000 aan begon waren zijn dagen in eerste instantie gevuld met eenvoudige karweien zoals snoeiwerk. Vandaag is Group Mouton met zijn 25-tal medewerkers specialist in all-round bosbeheer met een actieradius die zich uitstrekt over Vlaanderen, Brussel en Henegouwen, met zelfs vertakkingen over de grens met Frankrijk en Nederland. Zo werkt het bedrijf onder meer mee aan de tweede fase van de Oosterweelverbinding, maar helpt het ook twijgjes verwijderen die zich aan het Gentse Gravensteen verankerd hebben. “Ons streven is om altijd zo omzichtig mogelijk om te gaan met de omgeving. Gewoon een kettingzaag nemen is te kort door de bocht. Willen we een waardevolle toekomst uitbouwen dan moeten we blijven recycleren en recupereren”, vat Mouton samen.
“Onze sterkte ligt enerzijds in de jaren ervaring. Toen ik van start ging waren de concurrenten nog op een hand te tellen. Het heeft ons als bedrijf de mogelijkheid gegeven om stap voor stap een machinepark op te bouwen zodat we alle stappen nu in eigen beheer kunnen uitvoeren. Van het in kaart brengen van bos, bomen en hout, tot het opvolgen van vergunning, de uitvoering van alle werken en de recuperatie van materialen.” De rode draad daarbij is dat er telkens volgens de Ladder van Lansink wordt gezocht naar de beste oplossing voor de materialen. Groep Mouton beschikt daarom ook over zijn eigen afzetkanalen. “Anderzijds staan we ook sterk door die grote variatie in wat we aankunnen. We beschikken over de capaciteit en gespecialiseerde knowhow van mens en machines om grote projecten op korte tijd af te handelen. Want ook voor specifieke werken beschikken we over de juiste machines. Twee mensen in onze werkplaats staan permanent in voor onderhoud en herstellingen en hoe ze standaardmateriaal nog beter aan onze noden kunnen aanpassen.”
De laatste nieuwkomer daarbinnen is de HG4000 van Vermeer. Een investering voor de toekomst, want Mouton wil blijven groeien en ziet daartoe mogelijkheden in uitbreiding van de activiteiten rond de verwerking van biomassa en recyclage van A- en B-hout. “Vermeer was eigenlijk een van onze eerste leveranciers. De voorbije jaren was er een trend om van elk blokje hout maatwerk te maken. Dan waren we gedwongen om over de grens te kijken naar machines die specifiek op een bepaalde stroom waren afgestemd. Vaak dure investeringen. Vandaag is die trend weer omgeslagen en kunnen we kijken naar de machines van Vermeer die betaalbaar zijn met een uitstekende kostprijs per ton en met veel vertrouwen in de service.” Mouton twijfelde lang tussen de HG4000 en de HG6000. “Een zwaardere, grotere machine, die uiteindelijk wat minder bij onze werkzaamheden aansloot. De mobiliteit en de flexibiliteit die de HG4000 biedt zijn echter zeer sterke troeven. Hij hoeft zelfs niet de baan op als uitzonderlijk vervoer.”
Dat zijn niet de enige troeven. “De onmiddellijke beschikbaarheid van de machine speelde een belangrijke rol in onze beslissing, want we hadden snel nood aan extra capaciteit. Technisch waren vooral de capaciteit van de invoer en de toegankelijkheid van het zeefoppervlak doorslaggevend. We waren al vertrouwd met de technologie van Vermeer en ze hebben duidelijk niet stilgezeten de afgelopen jaren. Heel wat specificaties zijn verbeterd. Zo kregen de hamers extra versteviging, is de rotor beter afgeschermd. Zaken die belangrijk zijn voor een continue, betrouwbare werking. Daarom kozen we ook als optie voor het Damage Defense systeem. De machine draait nog maar een week, maar het heeft toch al voorkomen dat bepaalde metalen stukken tot in de rotor konden doordringen. Heel wat stoorelementen worden eruit gehaald, vooraleer ze schade kunnen berokkenen.” De machine zal grotendeels op de site in Lochristi draaien. “Maar ook in onze tweede plant in Bernissart die we nu aan het opstarten zijn. We willen lokaal werken met lokale mensen. De nieuwe locatie opent ook mogelijkheden om het noorden van Frankrijk verder te bewerken.”