In november 2020 starten de aanpassingen aan de Amsterdamse Michiel de Ruijtertunnel. Het wordt een megaklus. Dat wordt slechts gedeeltelijk veroorzaakt door de werkzaamheden zelf. Veel groter is de uitdaging om deze werkzaamheden uit te voeren terwijl de tunnel overdag openblijft voor het verkeer.
Het is de eerste van de drie tunnels en de verkeerscentrale die de gemeente Amsterdam onderhanden neemt. De werkzaamheden die staan te gebeuren zijn het verbeteren van de brandwerendheid van het beton, het vervangen van de camera’s en het aanpassen van de besturing van de installaties. De werkzaamheden worden uitgevoerd door ENGIE Infra & Mobility, in samenwerking met het Programma AWA, de tunnelbeheerder en de onderhoudsaannemer. Zij bereiden de werkzaamheden voor in een bouwteam.
In 2017 wees een onderzoek van het Ministerie van I&W uit dat tunnels die na 2008 zijn opgeleverd een verminderde brandwerendheid kunnen hebben. Na hitteproeven bleek dit ook bij de Michiel de Ruijtertunnel het geval te zijn. Reden om de tunnel te voorzien van brandwerende platen en meteen camera’s en installaties onderhanden te nemen. Maar de Michiel de Ruijtertunnel ligt onder de De Ruijterkade, aan de noordzijde van het Centraal Station, maakt deel uit van de S100 en is een belangrijke oost-westverbinding. Afsluiten van deze belangrijke verkeersschakel is eigenlijk onmogelijk.
De gevolgen voor de uitvoering van het werk zijn groot. Daan Seesing, projectmanager Amsterdam: “Uitvoering kan dan alleen als gedurende negen maanden de tunnel elke nacht wordt afgesloten. Dat betekent dat de bouwplaats elke avond om 22.00 uur wordt opgebouwd en ’s morgens om 6.00 uur weer afgebroken moet zijn terwijl de veiligheid aantoonbaar geborgd is. Samen met ENGIE Infra & Mobility vertalen we nu het Definitief Ontwerp naar een Uitvoerbaar Ontwerp en doen we de werkvoorbereiding.”
Partijen laten hierbij niets aan het toeval over. Tijdsplanning, veiligheidsmaatregelen en reservemateriaal liggen keer op keer onder het vergrootglas. Seesing: “We spelen zelfs met alle partijen een ‘serious game’, speciaal ontwikkeld om inzicht te geven. Juist die aanpak met het hele bouwteam voelt goed. Ik had niet geweten hoe we dit zonder bouwteam voor elkaar hadden kunnen krijgen.”
Jelmer Wittebol, projectmanager van ENGIE Infra & Mobility, onderstreept die mening. “We beschikken nu over de kennis en ervaring van de gemeente Amsterdam, de knowhow van de onderhoudsaannemer en die van onszelf. Als ergens sprake is van synergie dan is het in dit bouwteam. 70% van alle voorkomende zaken wordt besproken met een of meer partners.”
Het is een unicum dat deze vorm van samenwerking al wordt aangegaan in de voorbereidende fase. Aanvankelijk strooide het coronavirus nog roet in het eten, maar daar vonden de partijen hun weg in. “We zitten nu – op afstand – in dezelfde ruimte. Zo hoort iedereen wat er gaande is. Dit is de beste manier van voorbereiden, voordat we daadwerkelijk in de tunnel aan de slag gaan.”