“Geen incident is ons te gek”

Wilchem staat 24 uur per dag paraat. Als gespecialiseerd bedrijf beperken ze de gevolgen van milieu-incidenten en ongevallen met (gevaarlijke) stoffen. Dit noemen we incidentmanagement. “Doordat we ons materieel op meerdere plekken kunnen inzetten, zijn we erg flexibel en kunnen we helpen bij veel verschillende soorten incidenten in de GWW”, vertellen bedrijfsleider
René van Pelt en Hoofd Bedrijfsbureau Willem Bekkink.

“Om even een voorbeeld te geven van ons werk. Wanneer er bij een bouwput, die in de buurt van oppervlaktewater is een olielekkage ontstaat, komen wij aan bod. We zorgen er niet alleen voor dat de vervuilde grond wordt verwijderd, ook zorgen we met diverse olie-absorberende materialen en een olieskimmer dat de olie van het water afkomt”, zegt Bekkink. 

Dit voorbeeld is er één uit duizenden. Wilchem richt zich namelijk niet op één specifieke doelgroep, maar zet zich in voor meerdere partijen. Zo werken ze voor de overheid, aannemers, (logistieke) bedrijven en ook voor bijvoorbeeld particulieren. Ze zijn ontzettend breed inzetbaar en gaan daarom geen incident in de GWW uit de weg. “Als een klant een incident heeft en ons alarmnummer belt, zijn wij binnen een uur ter plaatse”, zegt Bekkink. 

“We hebben een eigen meldkamer die 24/7 bereikbaar is en er staan continu mensen stand-by om te helpen bij een incident. Met zo’n 55 medewerkers kunnen we veel aan. En daarnaast hebben we ook een sterk netwerk van partners en leveranciers. Bij grotere incidenten kunnen we onze krachten bundelen”, legt Van Pelt uit.

Ondanks dat ze zo breed inzetbaar zijn, is Wilchem op alle mogelijke vlakken een specialist. “Je moet echt wel weten wat je doet. Als er op een schip bijvoorbeeld een container lekt, kan het hele ruim vol liggen met gevaarlijke stoffen. Dan is het belangrijk dat je weet met welke beschermende kleding je naar binnen mag, welke adembescherming je nodig hebt en hoe je de situatie het beste aanpakt”, legt Bekkink uit.

“Bij incidenten nemen we de klant alles uit handen, zodat ze zelf nergens aan hoeven te denken en het incident op een goede manier wordt afgehandeld. En dan pakken we echt het totaalpakket. Dus ook de coördinatie en communicatie rondom zo’n incident”, zegt Van Pelt. 

Bekkink voegt daar graag een voorbeeld aan toe: “Neem bijvoorbeeld een vrachtwagen met een lekke dieseltank, die een snelweg helemaal bevuilt. Als wij deze verontreiniging weghalen, kijken we ook gelijk wat er in de berm terecht is gekomen. Dan gaan we aan de slag met bodemonderzoek en doen we ook de sanering. Dit doen we direct, zodat de verontreiniging niet groter wordt dan nodig. Hoe sneller je erbij bent, hoe sneller je kunt handelen. En dat is echt onze kracht, snelheid en flexibiliteit.”

Wilchem zorgt goed voor haar mensen. “We geven onze medewerkers de mogelijkheid om interne opleidingen te volgen en zorgen dat hun kennis altijd up to date is”, legt Van Pelt uit

“We hebben ook een eigen trainingscentrum. Omdat we zo breed georiënteerd zijn, is het belangrijk dat alle medewerkers ook breed opgeleid zijn. Het zijn namelijk allround specialisten. Het trainingscentrum is er dus om medewerkers op te leiden, maar ook om onze klanten mee te nemen in een stukje incidentmanagement. Zo delen we onze kennis en laten we onze expertise goed naar voren komen”, zegt Bekkink.

Aankomend jaar wil Wilchem zich nog meer focussen op duurzaam ondernemen. Zo bekijken ze op welke vlakken ze een steentje bij kunnen dragen aan het milieu. “Zo halen we veel afvalstoffen van de weg af die we door het hele land transporteren, naar allerlei afvalverwerkers. Dat gaat gepaard met veel CO2-uitstoot. Daarom gaan we een eigen waterzuiveringsinstallatie bouwen zodat we aanzienlijke hoeveelheden CO2 reduceren”, zegt Bekkink.

“Daarnaast zijn we volop bezig met het investeren in elektrificatie van onze eerstelijnsvoertuigen en zijn we bezig om onze voertuigen op duurzame brandstof te laten rijden. Ook de ontwikkelingen richting waterstof volgen we op de voet. Dus mocht daarin iets veranderen, zijn we er snel bij. Zo zijn we niet alleen goed voor de mens, maar ook voor het milieu”, sluit Bekkink af.