Platform over civiele techniek, ondergrondse infra, energie, bouwmaterieel & bouwmachines
Een complex project haalt het beste aan competenties naar boven
“Bij stadswerken moet je altijd extra uitkijken, op dit project moeten we continu zeer alert zijn”. (Beeld: Frank Doves).

Een complex project haalt het beste aan competenties naar boven

De werkzaamheden die momenteel voor station Amsterdam Centraal plaatsvinden, zijn spraakmakend in omvang en complexiteit. Max Bögl & Partners pakt in opdracht van de gemeente Amsterdam het hele gebied aan de centrumkant van CS aan. Knipscheer Infrastructuur BV uit Almere is al vanaf de tenderfase in beeld. Hun werkzaamheden: weginfra beoordelen en afprijzen, het uitvoeringsontwerp verzorgen, realisatie van de infrastructuur en ook het betonwerk van de verlegde trambanen verzorgen. We spreken met René Knipscheer, directeur en eigenaar van Knipscheer Infrastructuur, Piet van Voorst, projectleider en Maarten Laurant, tevens projectleider, over een complex project, waar geen dag hetzelfde is.

Stratenmakers die hun vak verstaan maken Amsterdam weer een stukje mooier.

Westertoegang heringericht

Project De Entree is begin 2018 gestart met het verdiepen van de weg onder het spoor aan de westkant van het station: de Westertoegang. “We hebben in 6 maanden tijd de hele Westertoegang heringericht en de doorrijdhoogte onder het viaduct vergroot met 50 cm, deze meet nu 4 meter”, opent René het gesprek. Maarten vult aan: “De werkzaamheden worden verricht onder Design & Construct, het werk is zeer complex. Niet zozeer vanwege de werkzaamheden zelf, maar vooral vanwege de locatie en de vele wijzigingen in het werk. Veel uitdagingen dus, die vragen om veel flexibiliteit en veerkracht. Van alle partners overigens, maar de samenwerking is perfect en de communicatie is top.”

Binnen de scope van Knipscheer Infrastructuur bevinden zich de gehele weginfra, reconstructiewerkzaamheden, alle kolkaansluitingen, afvoer van hemelwater, het betonwerk aan de trambanen, de hele terreininrichting inclusief bestrating en het straatmeubilair.

Ieder bedrijf zijn eigen specialiteit

“We werken op dit project met 12 partners en meerdere onderaannemers, met ieder zijn eigen specialiteit. In de tenderfase heeft Max Bögl ons al vastgelegd voor het infrawerk, we hebben daar 9 maanden aan gecalculeerd. Toen Max Bögl & Partners de tender won in 2017 konden we beginnen. We zaten dus heel vroeg aan tafel”, vertelt René. Daar voegt Maarten aan toe: “De omgeving is de grootste uitdaging. De werkzaamheden op de Prins Hendrikkade tussen Damrak en Kamperbrug zijn verdeeld in 11 werkvakken. Het omgevingsteam coördineert alle BLVC-maatregelen. Werken op dit project betekent grenzen opzoeken en compromissen maken, met het UAV-GC contract op de achtergrond. De opdrachtgever wil zo min mogelijk publieke ruimte prijsgeven, de aannemer wil zoveel mogelijk werkterrein.”

Aanvoer van beton. (Beeld: Frank Doves).

Onverwachte zaken vragen om flexibiliteit

Maarten vervolgt: “Elke week worden we geconfronteerd met wijzigingen. Een voorbeeld is het Prins Hendrikplantsoen, waar archeologische elementen -oude kademuren- voor wijzigingen zorgden. We komen onverwachte funderingen tegen, onbekende obstakels ten opzichte van de areaalgegevens en verkeerd of niet gedocumenteerde kabels en leidingen. We registreren ongeveer 5 van deze meldingen per week. Dat vraagt enorm veel van je eigen flexibiliteit en die van de andere partners. De samenwerking is echter zo goed, dat we dit met elkaar managen.”

Piet benadrukt het belang van echte vakmensen op dit soort projecten. “Je moet weten waarmee je bezig bent, sommige ‘verrassingen’ zijn niet geheel zonder gevaar. Zo treffen we midden- en laagspanning aan op plaatsen waar we dat niet verwachten, dicht onder het wegdek. Bij stadswerken moet je altijd extra uitkijken, op dit project moeten we continu zeer alert zijn.” Ook het op het laatste moment ontvangen van verzoeken tot wijziging levert uitdagingen op volgens René. “Bijvoorbeeld wijzigingen van verkeersstromen in de binnenstad. Maarten vult aan: “Met betrekking tot voornoemde wijzigingen is welgeteld het 321e VTW gepasseerd, in de 3 jaar dat we er nu werken.”

Knipscheer Infra is multidisciplinair met zowel een betonafdeling als een infra-afdeling, ervaring met natuursteen en korte lijnen.

Goed teamwork laat mensen groeien

Binnen de scope van Knipscheer Infrastructuur bevinden zich de gehele weginfra, reconstructiewerkzaamheden (alles vanaf maaiveld tot 60 cm onder grond is voor Knipscheer Infrastructuur), alle kolkaansluitingen, afvoer van hemelwater, het betonwerk aan de trambanen, de hele terreininrichting inclusief bestrating en het straatmeubilair. Zeer omvangrijk dus. “Het plaatsen van de tramhaltes coördineren we ook”, aldus René. “Ook de openbare verlichting en de VRI vallen binnen onze scope. Het hele ontwerp is gedaan door Maarten. De DO ligt bij Max Bögl & Partners, de UO ligt in handen van de Laurant Groep (Maarten). Hij vertaalt de DO naar een technisch 3D vlak en verzorgt de werktekeningen.”

René is er trots op dat een bedrijf ter grootte van Knipscheer Infrastructuur het vertrouwen heeft gekregen om zo’n complex project aan te pakken. “We zijn geselecteerd vanwege onze goede communicatie, ons geduld, het consequent afbakenen van het werkgebied, het feit dat we zo multidisciplinair zijn -zowel een betonafdeling als een infra-afdeling-, onze ervaring met natuursteen en onze korte lijnen. We hebben alles in huis om efficiënt, snel en betrouwbaar op zo’n complex werkt te kunnen presteren.” Maarten: “We leveren kwaliteit met een proactieve, positieve insteek, vanaf de eerste pennenstreep tot en met de laatste administratieve afronding. Het is teamwork tussen Knipscheer en Laurant. Je ziet de mensen op het werk daardoor groeien. We zijn in dit verhaal de grootste partner van Max Bögl.”     

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.